Verkiezingstijd: bakkeleien over partijnamen en onenigheid over privacy en veiligheid

Over ruim een maand, op 15 maart, gaan de stembussen weer open en dat betekent dat de verkiezingstijd nu echt is aangebroken. Bij een versplinterd politiek landschap hoort de aanwezigheid van veel kleine partijen: nog nooit deden er zo veel partijen mee aan Tweede Kamerverkiezingen als dit jaar. 28 partijen hebben alle noodzakelijke hobbels genomen en zullen verschijnen op de grote witte stemvellen. De eerste advertenties zijn al verschenen en binnenkort zal er weer ouderwets geflyerd worden op alle marktpleinen in het land. Politieke partijen halen alles uit de kast om hun boodschap aan de man te brengen.

Enkele partijen moesten zich niet alleen verantwoorden over de inhoud van hun verkiezingsprogramma, maar ook over hun naam. Nu er zo veel nieuwe partijen meedoen, staan er ook veel nieuwe namen op de kieslijst. Een partijnaam is belangrijk, want het functioneert als een soort merk. Een naam is effectief wanneer hij herkenbaar en duidelijk is en in staat om stemmen trekken. Hoe doordacht en gefundeerd een verkiezingsprogramma ook mag zijn, it’s all in the name. Voor enkele partijen gaf de naam al voldoende gelegenheid voor een eerste politieke crisis, waar de rechter aan te pas moest komen.

Zo ontstond er een probleem voor de partij Niet Stemmers van advocaat Peter Plasman. Deze partij hoopt kiezers die normaal gesproken thuis blijven, over te halen toch te gaan stemmen op een partij die maar één belofte doet: zich altijd onthouden van stemmen. Op deze manier is een ‘niet stem’ of een blanco stem wel bepalend voor de zetelverdeling, en kunnen stemonthouders daadwerkelijk gerepresenteerd worden in de Tweede Kamer.

Plasman bleek niet de enige de dit een nobel streven vond. De Klokkenluiderspartij Nederland heeft zich omgedoopt en zal onder de naam ‘Club van de niet kiezers’ meedoen aan de verkiezingen. Oprichters van deze club waren niet blij met de komst van de partij Niet Stemmers. Ze stapten naar de Raad van State: had de Partij Niet Stemmers ingeschreven mogen worden door de Kiesraad?(1)

Hoewel dit geschil inhoudelijk overeenkomsten vertoont met het merkenrecht, ging het hier niet om een inbreuk- of oppositieprocedure. De partijen waren enkel ingeschreven door de kiesraad en niet als merk. De hoogste bestuursrechter zag, ondanks een begripsmatige overeenkomst, voldoende verschil tussen de namen – partij versus club, stemmers versus kiezers –  en oordeelde dat beide partijen ingeschreven mochten worden.

Het merkenrecht speelde wel een rol bij nieuwkomer ‘Artikel 1’, opgericht door Sylvana Simons. Ook zij moest de partijnaam verdedigen, niet tegenover een politieke groepering maar tegenover Stichting Expertisecentrum Discriminatie, werkzaam onder de naam Artikel 1. Deze stichting vreest dat er verwarring ontstaat wanneer deze naam ook door een politieke partij wordt gebruikt. Artikel 1 zou niet geassocieerd moeten worden met een politieke kleur en partijen zouden de grondwet niet moeten toe-eigenen, aldus de directeur van de stichting.(2)

Tot een rechtszaak is het nog niet gekomen. Op de site van Artikel 1 verscheen wel het bericht dat het merk Artikel 1 is gedeponeerd bij het Benelux Bureau voor de Intellectuele Eigendom door Stichting Expertisecentrum Discriminatie, maar pas na de datum dat Simons naar buiten trad met Partij Artikel 1. De hoop wordt uitgesproken onderling tot een einde aan dit geschil te komen.(3)

Na alle debacles omtrent partijnamen kan hopelijk snel worden overgegaan tot de orde van de dag. Tijdens de verkiezingen draait het immers om de inhoudelijke verschillen tussen partijen. Standpunten gaan ook over informatierechtelijk relevante kwesties. Partijen waarderen privacy bijvoorbeeld heel verschillend. Privacy is geen expliciet verkiezingsthema, maar komt wel aan de orde (met name) in het thema veiligheid. Door recente terroristische aanlagen in Europa is er een groeiende roep voor verruiming van opsporingsbevoegdheden, zo bleek ook uit het recente wetsvoorstel waarin de AIVD de bevoegdheid zou krijgen om op grotere schaal te gaan tappen.(4) Dergelijke maatregelen hebben een negatieve uitwerking hebben op privacy, maar worden geacht bij te dragen aan veiligheid: denk bijvoorbeeld aan fouilleren en afluisteren. Deze methodes worden al (onder voorwaarden) gehanteerd door opsporingsautoriteiten, in de hoop daders van misdrijven op te sporen en aanslagen te voorkomen. In een tijd waarin rekening moet worden gehouden met terroristische aanslagen pleiten sommige partijen dat deze bevoegdheden uitgebreid moeten worden.

Wie meer wil weten hoe partijen over privacykwesties denken, kan de stemwijzer doen van de Privacy Barometer (www.privacystemwijzer.nl). Deze maakt expliciet hoe partijen privacy waarderen. Aan de hand van een aantal stellingen over privacy wordt een stemadvies gegenereerd. Wat blijkt? De Piratenpartij en Partij voor de Dieren stemmen het vaakste in het voordeel van privacy.

Laat je dus aankomende verkiezingen niet leiden door partijnamen of overtuigen door een roos op de markt, maar kijk vooral naar de partijprogramma’s!

Bronnen
1. Uitspraak 201609903/1/A2, https://www.raadvanstate.nl/uitspraken/zoeken-in-uitspraken/tekst-uitspraak.html?id=89983
2. http://politiek.tpo.nl/2017/01/13/ruzie-artikel-1-artikel-1-i-o-sylvana-simons-gaat-doorrr/
3. https://artikel1.org
4. https://www.aivd.nl/actueel/nieuws/2016/10/28/nieuwe-wet-meer-waarborgen-voor-een-veilig-nederland

Geschreven door: Eva van der Graaf.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een antwoord